Op 11 oktober werd het Cultureel Café in de zaal van het Spectrum gehouden. Mats Beek gaf een uitgebreide toelichting op de totstandkoming van het project Gedichten op Muren en liep daarbij ook een aantal gedichten langs zoals die nu te bekijken zijn in het centrum van Veenendaal. Mats stond aan de basis van dit mooie project en was lid van de eerste commissie. Hij vertelde hoe de eerste gedichten tot stand kwamen en welke overwegingen daarbij een rol speelden. Een daarvan was bijvoorbeeld: passend bij de locatie. Zo kwamen er gedichten bij een horecagelegenheid, een kapper, een opticien en de ‘klokkenverkoper’ met bijpassende thema’s. Helaas bleek in de loop der tijd dat panden vaak van bestemming veranderen en dan klopt het niet meer. Dan hangt er een gedicht over knippen, terwijl de kapper al weer is vertrokken. Die overweging is dus inmiddels vervallen. Mats besteedde ook aandacht aan de Veenendaalse dichter Kees Stip, waarvan behoorlijk wat gedichten zijn gerealiseerd op een muur. De meeste van die gedichten passen wel bij de andere overweging voor plaatsing: het moet niet te zware kost zijn, het liefst een gedicht waarbij de voorbijganger even stilstaat, het op zich laat inwerken en vervolgens met een glimlach op het gezicht weer verder loopt. Het gaat voornamelijk om wat men in poëziekringen ‘light verse’ noemen. Zo stond Mats even stil bij gedichten van Toon Hermans, Jules Deelder, Jan Hanlo en K. Schippers. Ook teksten op muren van Gerard Reve en Stef Bos passeerden de revue. Een aantal gedichten werd voorgelezen door Daphne Kalff, huidige voorzitter van de Commissie Gedichten op Muren.
In de route langs de gedichten, die overigens door Mats als audiotour is ingesproken en te beluisteren valt via onze website, zijn ook de gedichten opgenomen van scholieren. Het zijn de gedichten van de winnaars van de wedstrijd die elk jaar in de derde klas van het Voortgezet Onderwijs wordt gehouden. De meeste gedichten staan op de gele muur van de Lantorfabriek aan de Wolstraat.
Veenendaal heeft ook een stadsdichter die twee jaar lang, nu drie jaar, regelmatig gedichten publiceert die betrekking hebben op zaken die Veenendaal aangaan. Mats Beek was zelf de eerste stadsdichter en sindsdien zijn drie anderen hem opgevolgd, respectievelijk Joyce Willemsen, Christiaan Abbing en Derk Postma. Ook de stadsdichter krijgt een plek op een muur in Veenendaal. Een van de laatste gedichten die geplaatst zijn is dat van Allard Budding op de fabriekspijp in de Cultuurfabriek.
Het was een inspirerende presentatie en voor velen een nieuwe kennismaking met deze vorm van cultuur in de publieke ruimte.